We hadden een nachtbus naar sihanoukville. Eerst hebben we gewacht, uno spelend, thee drinkend, urenlang tot we eindelijk uitgeput rond 1 uur snachts vertrokken. Dan zou je verwachten dat je wel wat kan slapen, maar helaas. De bus stopte om de haverklap, er leken dealtjes gesloten te worden. Overigens waren passagiers niet het enige wat mee ging in de bus, ook gesealde piepschuimdozen. Geen idee wat erin zat. Toen er een meisje moest overgeven en om de 5 minuten mensen voorbij ons gordijntje liepen waardoor het wéér openschoof waren we echt klaarwakker. Nondeju.
Eenmaal aangekomen sloten wij ook een dealtje, maar dan met een tuktukdriver. Die had ons heel vroeg in de ochtend naar ons hotel gebracht. Het was nog donker en eenmaal aangekomen, nog steeds uitgeput, liepen we meteen door naar het strand. We bleven wakker om de zon op te zien komen maar al snel daarna vielen we met ons hele hebben en houden in slaap op een strandbedje. Ik moest een beetje lachen omdat ik dacht aan die resorts, waar mensen ook al heel vroeg hun zonnebedje willen claimen en dat wij nu de overtreffende trap waren. Heerlijk.
Voor maar 15 dollar (ja ze betalen hier voornamelijk met dollars) konden we met een bootje mee om te snorkelen en cliffdiven. Vet! We kregen eerst nog een ontbijtje bij een gare toko maar daarna werden we naar het bootje gebracht. Een gezellig groepje mensen zat al in het bootje te wachten en daarna vertrokken we. Sanne was al verbrand, en Kenneth na deze dag ook. Dat wordt ook een hoedje voor hem.
Eerst gingen we snorkelen en zagen we de visjes voor het eerst. Het was niet waanzinnig mooi, zoals vaak afgebeeld in reisgidjes, maar wel heel erg leuk. Daarna gingen we door naar het grootste eiland waar we even konden rondwandelen. En dat was superleuk! Hangmatten en schommels die boven het water uitstaken en ook hostels met boomhutjes waar je in kon slapen. We volgden een paadje, de jungle in. Op de bordjes stond ’the last point’ en toen ‘hidden icecream bar’. Whut een verborgen ijstentje? Nu moeten we zeker doorlopen! We liepen en liepen en verloren de tijd. Helaas besloten we om terug te keren, we wisten niet hoe ver het nog lopen zou zijn en we waren al te laat voor de lunch op het strand. Ook geen straf dachten we en we snelden terug naar het strand, gelukkig was de boot er nog en kregen we groentjes met rijst.
Na deze stop vaarden we naar de cliff waar we vanaf mochten springen. Sanne bedacht zich even maar wist dat ze spijt zou krijgen als ze het niet eens even zou proberen en sprong uit de boot het water in. Je moest voorzichtig zijn bij de kant, de rotsen waren erg scherp en hierop klimmen was best glad en gevaarlijk. Net zoals veel dingen had dit in Nederland niet gemogen. Daar zetten ze nog bijna waarschuwingsborden bij stoeprandjes. Ze klom naar boven en nadat de vorige persoon netjes was weggezwommen was het haar beurt. Ze zette zich eerst een beetje schrap zodat ze niet eerst nog eens frontaal op haar bek ging en sprong daarna. Heel gaaf, maar wel de volgende keer je mond dichthouden want dat zoutwater smaakt best ranzig.